Inge Pollet

Augustus 2022

Inge Pollet (1973) werd opgeleid als beeldend kunstenaar op ArtEZ in Arnhem, maar studeerde af met onder andere een dichtbundel. Schrijven was toen al heel belangrijk. In de jaren na haar masteropleiding Ateliers Arnhem ontwikkelde zij een hybride praktijk als freelance schrijver en curator. Ze deed onder andere grote projecten in musea en schreef voor een groot aantal kunstenaars en instellingen. Haar eigen poëzie steekt sinds een paar jaar ook weer luid de kop op: sinds 2020 is haar werk al gepubliceerd in Het Liegend Konijn, Het Gezeefde Gedicht, Op Ruwe Planken en Zevenblad. Onlangs trad ze op tijdens Dichters in de Prinsentuin. Inge werkt momenteel aan het manuscript voor haar debuutbundel, ze hoopte hier in Sluis ferme stappen in te gaan zetten. In 2010 verbond Inge zich als artistiek leider aan Plaatsmaken, een productiehuis in Arnhem waar kunstenaars in grafische en digitale ateliers kunnen werken. Daarnaast voeren ze grote projecten uit in opdracht van derden, zoals bijvoorbeeld Kunstroute Schuytgraaf, beeldende kunst in de openbare ruimte, oplevering 2023. Inmiddels is Inge er artistiek directeur. In hun programmering krijgt poëzie een groeiende rol. Zo geven zij sinds vorig jaar het magazine Zevenblad uit en zijn er samenwerkingen tussen dichters en kunstenaars. Inge beleeft veel plezier aan het bedenken en uitvoeren van artistieke projecten.

PATROON

zodra het trappen stopt begint het schuiven
de velden kloppen onder onze huid
er komen bloedblaren van

we houden woedend vast aan dit patroon
ploegen randen om tot we bodem zien
en de engelen zeggen dat het goed is

we tellen trillingen boven het land
houden de aarde daarbij vast want
we moeten eea niet dramatiseren

tenslotte trekken we alle registers open
we foerageren gretig met verre neven
van het zilte gras eten we de bloemen

we vallen eindelijk samen met de aarde
we glinsteren van slik en zweet
fileren gelukzalig en stil de dagen

 

WAAS

ik vind mezelf rennend door de polder
nergens ging ik ooit zo hard
nergens liep ik zo verbeten
nergens was ik leeg en toch zo vol

ik loop in een parallel landschap dwz
in een spiegelbeeld van deze velden was ik kind
in hun weerglans ving ik wind

nu herken ik hoeken en waaiend duister
roep ik afgetrokken over het land
zie ik valken bidden en waar de zon begint

ik schrijf stiekem schone zinnen
vol rood waas en stil venijn
zo schiet ik hier de polders door

tot ik in mijzelf gefluister vind

 

Fotografie © Oscar van Beest 2022