Jean Pierre Rawie
Augustus 2014
Jean Pierre Rawie (1951) gebruikte de rust en de ruimte van West-Zeeuws-Vlaanderen om inspiratie op te doen voor het schrijven van een tekst over de streek. Zijn bundel ‘Kwade trouw’ kwam uit in 1986, en in 1989 werd hem de Wessel Gansfortprijs toegekend. Met ‘Met Woelig stof’ uit datzelfde jaar kreeg hij erkenning van de literaire kritiek. In 1990 verscheen ‘Sonnetten’, een bibliofiele uitgave, gevolgd door ‘Onmogelijk geluk’ in 1992. In 1997 verscheen de vertaling van ‘Vier gedichten’ van Aleksandr Blok. In 1999 verschenen ‘Geleende tijd’ en ‘Gedeeld verleden’ (bibliofiel) en in 2004 ‘Verzamelde verzen’. Zijn laatste bundel getiteld ‘De tijd vliegt, maar de dagen gaan te traag’ verscheen in 2012. In 2008 ontving hij de Charlotte Köhler Prijs, een driejaarlijkse oeuvreprijs voor auteurs, bestaande uit 18.000 euro. De prijs wordt afwisselend toegekend aan een auteur van toneelwerk, poëzie en proza. In 2021 publiceerde hij ‘Een luchtbel’ in een vluchtige rivier, een verzameling poëzievertalingen met commentaar
VARENSGAST
Het strandleven is niet aan mij besteed,
ik koester geen gevoel voor kustgebieden;
de zee mag zuchten of de zee mag zieden,
na twee uur ben ik wel uitgezeed.
Toch stam ik uit een volk van stoere lieden
dat eeuw na eeuw tegen het water streed,
terwijl ik sinds mijn jongensjaren weet
wat er met Van der Deckens schip geschiedde.
Maar ik zit liever in een stads café
en luister naar een varensgast die ‘s avonds
verhaalt over een leven lang op zee,
hoe hij de wreedste stormen heeft doorstaan,
hoe vreemd het toegaat in de verre havens,
hoe zeewind in het want tekeer kan gaan.
GENERATIEKLOOF
Vanaf het Wad naar Sluis en naar Cadzand,
Gelegen zoals wegenkaarten meldden
Nabij de monding van de Westerschelde
-je kunt niet verder reizen in dit land-,
Bedrukte mij de eerste aanblik, want
Veel wat ik zag bleek nagenoeg hetzelfde:
Dezelfde luchten en dezelfde velden,
Met net zo’n stortbui op eenzelfde strand.
Het ligt aan mij. Na drieënzestig jaar
Lijkt alles in het leven op elkaar.
Niet veel vindt meer genade in mijn ogen.
Gelukkig heb ik mijn geliefde mee;
Zij toonde zich over alles opgetogen,
En zegt dat het al licht wordt boven zee.

Fotografie: © Oscar van Beest